Logo

Studiegids FHTL

19PRW-IWR Inleiding wereldreligies

5 ec

voltijd: 32 cu (16 bijeenkomsten)
deeltijd: 16 cu (8 bijeenkomsten)

Ba GB jaar 1

Religiewetenschappen

Tijdens dit college bestuderen we het boek God is not one van Stephen Prothero. Aan de hand van zijn boek kijken we naar het hindoeïsme, boeddhisme, jodendom en de islam. Wat houden ze in en kunnen we ze met elkaar vergelijken?

Van de studenten wordt verwacht dat ze de colleges voorbereiden door de juiste hoofdstukken uit het handboek voor te bereiden en de losse huiswerkopdrachten te maken (bv. Het kijken van een TedTalk, het lezen van een artikel, het geven van een korte presentatie)

Hoorcollege

  • Begrijpen: De student legt de ontstaansgeschiedenis, rituelen, gebruiken en stromingen van het jodendom, islam, hindoeïsme en boeddhisme uit. (25%)
  • Toepassen: De student past kennis over ontstaansgeschiedenis, rituelen, gebruiken, geschriften en stromingen van het jodendom, islam, hindoeïsme en boeddhisme toe (25%)
  • Analyseren: De student kan de verschillen tussen theologie en religiewetenschap benoemen (5%)
  • Creëren: De student creëert zijn eigen definitie van religie in verhouding tot bestaande definities (5%)

Klik hier voor de toetsmatrijs.

Ba GB

  • 1 I b Kennis van centrale bronnen in andere religies en levensbeschouwingen.
  • 1 II a Kennis van filosofische, theologische en godsdienstwetenschappelijke vragen rond het fenomeen religie en zingeving.
  • 1 II b Psychologische en sociologische kennis van mens en samenleving, in het bijzonder met betrekking tot (institutionele en niet-institutionele) religie en zingeving.
 

Ba GB

  • A.1 Het vermogen om enerzijds de bronnen van een specifieke religieuze gemeenschap en/of organisatie en/of de eigen spiritualiteit en anderzijds de mens in zijn huidige context in hun onderlinge betekenisvolle samenhang te verhelderen en te verbinden en op basis daarvan passend te handelen.
  • A.1.a Legt op methodische wijze verbanden (theoretische en praktische) tussen een specifieke religieuze tradi-tie en de actuele situatie.
  • A.1.c Duidt maatschappelijke en culturele processen in het licht van een specifieke religieuze traditie.
  • A.1.d Heeft inzicht in de eigen referentiekaders en in die van anderen.

Opdrachten

In de studiewijzer staan soms huiswerkopdrachten per college aangegeven

Door de reeks heen

minimaal van voldoende niveau

  • Schriftelijk tentamen
  • Begrijpen
  • Toepassen
  • Analyseren
  • Creëren

cijfer 1-10

10 werkdagen na inlevering van het gemaakte werk

Verplichte literatuur

  • Deming, W. (2015), Understanding the religions of the world. Wiley Blackwell (aanschaffen)

Aanbevolen literatuur

  • Prothero, P. (2011), God is not one. HarperCollins Publishers Inc., 388, 1e druk
 

 

Toetsmatrijs 2025 - 2026

beoord. niveauleerdoeltoetsitemweging
Begrijpen De student legt de ontstaansgeschiedenis, rituelen, gebruiken en stromingen van het jodendom, islam, hindoeïsme en boeddhisme uit. (Ba GB: Competent in professionaliseren Ba DRL: Vakinhoudelijk bekwaam ) (25%)
Toepassen De student past kennis over ontstaansgeschiedenis, rituelen, gebruiken, geschriften en stromingen van het jodendom, islam, hindoeïsme en boeddhisme toe (Ba GB: Competent in professionaliseren ,Hermeneutisch competent ) (25%)
Analyseren De student kan de verschillen tussen theologie en religiewetenschap benoemen (Ba GB: Competent in professionaliseren ) (5%)
Creëren De student creëert zijn eigen definitie van religie in verhouding tot bestaande definities (Ba GB: Competent in professionaliseren ,Hermeneutisch competent Ba DRL: Vakinhoudelijk bekwaam ) (5%)